Fabrikanten

The LCA: Inzameling en sortering moeten beter

[SPECIAL DUURZAAMHEID] NIEUWVEEN - Met ruim twintig jaar ervaring op het thema verpakken is Agnieszka van Batavia met recht een deskundige te noemen. Vanuit The LCA Centre adviseert ze bedrijven en instituties bij vraagstukken over verduurzaming van verpakkingen en het wettelijk kader ervan. Aan Levensmiddelenkrant vertelt ze over de complexe vraagstukken die spelen in haar vakgebied. “Het is de crux om de balans te vinden tussen de juiste functionaliteit, circulariteit en de impact van een verpakking.”

Janneke Vermeulen |

Hoe is The LCA Centre ontstaan?
“The LCA Centre is een onafhankelijk onderzoeksinstituut dat in 2014 is opgericht door de familie Paardekooper. Inmiddels staat met Lyanne Paardekooper de vierde generatie aan het roer van het gelijknamige familiebedrijf. Zij heeft grote ambities op het gebied van duurzaam verpakken. Paardekooper is een prominente speler in de verpakkings-, disposables-, re-usable en durablesbranche. The LCA Centre is een aparte entiteit binnen Koninklijke Paardekooper Group en volwaardig lid van IAPRI, een organisatie waar alle instituten die wetenschappelijk onderzoek doen naar duurzaam verpakken bij zijn aangesloten. Binnen The LCA Centre doen wij onderzoek naar de milieu-impact van verpakkingen op basis van wetenschappelijke inzichten – we werken nauw samen met universiteiten en hogescholen. Tevens geven we advies over duurzaam verpakken aan allerlei organisaties: multinationals, kleine bedrijven, retailers en overheden.
Wat ons als The LCA Centre uniek maakt, is dat we de ontwikkelingen in de verpakkingsbranche en de wetenschappelijke inzichten goed in een wettelijk kader weten te plaatsen. We staan in direct contact met het Haagse en Brusselse wezen. Juist omdat we zo zijn betrokken bij de beleidsvorming, kunnen we goed anticiperen en adviseren.”

Met wat voor type vraagstukken komen bedrijven naar jullie toe?
“Een veel gestelde vraag die we voorgelegd krijgen, is of we de bestaande verpakking willen vergelijken met één of een aantal potentieel nieuwe verpakkingen. Wij zijn specialist op het gebied van forensische LCA; dat betekent dat we input voor het onderzoek niet baseren op de informatie die de leveranciers verstrekken. Die is namelijk vaak achterhaald of niet compleet. In plaats daarvan onderzoeken de verpakkingstechnologen zelf in ons lab de samenstelling van het verpakkingsmateriaal om de betrouwbaarheid van de LCA-studies te garanderen.”

Wat is een LCA precies?
“Een Life Cycle Assessment is een wetenschappelijke rekenmethode om alle grondstoffen, materialen, afval en emissies die gebruikt of uitgestoten worden tijdens de hele levenscyclus van het product te benoemen en bij elkaar op te tellen. Alle fases worden dus betrokken, vanaf het moment dat de grondstof wordt gevonden, de grondstof wordt omgezet tot materiaal, tot aan de fase waarin het materiaal tot verpakking wordt verwerkt. We nemen ook alle transportbewegingen mee, de afvalfase en voor herbruikbare verpakkingen ook de gebruikersfase. Soms heeft de verpakking misschien een hogere carbon footprint, maar is-ie daardoor wel beter recyclebaar en is de afvalfase dus duurzamer. Al die aspecten moeten worden afgewogen en de vraag is dan: wat is wenselijk? Het is altijd de crux om de balans te vinden tussen de juiste functionaliteit, circulariteit en de impact van een verpakking.
Overigens worden de uitkomsten van een LCA soms alleen intern gebruikt, als informatietool. Soms treden onze klanten ermee naar buiten, bijvoorbeeld door op hun website te laten zien welke besparing ze hebben gedaan met de nieuwe verpakking ten opzichte van de vorige. Zo kunnen ze duidelijk maken hoe ze hun duurzame doelen bereiken.”

Wat betreft de trends; welk materiaal is in opkomst voor verpakkingen in de levensmiddelenindustrie?
“Veel producenten zijn op zoek naar alternatieven voor wegwerpplastic. We zien meer papieren verpakkingen, met name papieren wikkels, die beloven dezelfde functionaliteit te bieden als plastic. Dat is echter met alleen papier niet te realiseren – het heeft altijd een bepaalde behandeling nodig. Papier an sich is natuurlijk niet water- en vetdicht, dus er moeten stoffen aan worden toegevoegd in de vorm van een coating.”

Is zo’n verpakking dan nog duurzaam te noemen?
“Duurzaam is een lastige term waar geen eenduidige uitleg voor bestaat. Een relevantere vraag is: is de verpakking nog steeds recyclebaar? En ook dat ligt ingewikkeld. Technisch gezien is bijna alle materiaal recyclebaar, maar de bottleneck is de inzameling en sortering. Nederland heeft een zeer streng inzamelbeleid voor papier. Daar waar het bij onze Europese buren is toegestaan om een papieren verpakking die voor vijf procent een ander materiaal bevat wél in de reguliere papierstroom toe te laten, hanteert ons land een zero-tolerancebeleid. Als een verpakking weggegooid wordt bij het papier mag het dus geen combinatiemateriaal zijn, tenzij het een drankkarton is dat weer apart wordt ingezameld. Nu worden die verpakkingen van combinatiemateriaal verbrand, want ze kunnen niet bij het papier en niet bij het plasticafval, maar die kant willen we natuurlijk juist niet op. Een plastic verpakking is dan vaak beter recyclebaar.”

In de beleving van consumenten is plastic echter per definitie slechter voor het milieu dan papier. Hoe kan de levensmiddelenbranche daarop inspelen?
“Fabrikanten zouden zich bij het ontwikkelen van een verpakking niet moeten laten leiden door de perceptie van de consument, maar door wetenschappelijk onderbouwde argumenten. Vervolgens is het wel belangrijk om de gemaakte keuzes duidelijk aan de consument uit te leggen. Albert Heijn doet dat goed. De retailer is bijvoorbeeld bij de verpakking van diepvriesgroente overgestapt van een met plastic gecoat karton naar plastic en licht dit in video’s en op de socialmediakanalen helder toe aan haar klanten.
Marketeers hebben soms de neiging om de consument te pleasen, maar hun uitdaging is juist om een ingewikkelde boodschap zo in te pakken dat het voor consumenten begrijpelijk is. Er wordt nog te weinig gebruikgemaakt van de digitale toepassingen die daarbij kunnen ondersteunen. Op een verpakking kan bijvoorbeeld een QR-code worden weergegeven die verwijst naar informatie op de website of social media. Een verpakking is een bepaalde interface tussen jouw product en de consument – gebruik ‘m dan ook optimaal.”

Bekend is al dat binnen twee jaar statiegeld wordt ingevoerd op blikjes. Wat kunnen we nog meer verwachten aan landelijke en Europese wetten?
“De wetgeving is enorm in beweging. De Europese Commissie werkt nu aan de revisie van alle wetten die betrekking hebben op verpakkingen, milieu en afval. De ambitie is om in 2050 helemaal circulair te zijn. Nederland heeft een aantal transitieprogramma’s opgesteld, waaronder de Transitieagenda Kunststoffen. Om de implementatie van die programma’s te realiseren, moeten wetten worden aangepast. Zo moet ruimte komen voor hergebruik. De wetgeving die het inzetten van gerecycled kunststof voor voedingsmiddelen mogelijk maakt, wordt nu ook onder de loop genomen. PET is het enige gerecyclede plastic dat aan alle wettelijke eisen voldoet. Voor andere plasticsoorten is het inzetten van food grade recyclaat nog vrijwel onmogelijk.
In het kader van het Plastic Pact Nederland wordt in verschillende werkgroepen bekeken welke innovaties kunnen zorgen voor het sluiten van de kringloop van plastic verpakkingen en -producten. In één van die werkgroepen wordt onder leiding van professor Roland ten Klooster onderzocht hoe voedselverpakkingen van kunststof apart gesorteerd kunnen worden van verpakkingen voor andere type producten, zodat dat materiaal eenvoudiger ingezet kan worden als recyclaat. Een betere sortering is dus, net als inzameling, een enorme uitdaging. Maar het is noodzakelijk voor het welslagen van een circulaire en duurzamere verpakkingswereld.”

Hoe ziet de toekomst van duurzaam verpakken eruit?
“Ik verwacht dat herbruikbaar verpakken een groot thema wordt binnen onze branche, óók voor voedingsmiddelen. De coronacrisis heeft het gevoel van urgentie versterkt. Door de groei van afhaal is het aantal take-outverpakkingen enorm gestegen. De foodservice is daardoor – en ook door de aankomende wetgeving van de single use plastics – zichzelf achter de oren gaan krabben en toont interesse in andere modellen. In de retail worden momenteel alleen nog bierflesjes hergebruikt, maar de voedingsbranche flirt met het idee en onderzoekt de mogelijkheden. Europese retailers als Carrefour en Tesco zijn al bezig met Loop, een systeem van TerraCycle. Daarbij worden de dagelijkse boodschappen in herbruikbare verpakkingen aangeboden. Als het product op is, gaat de verpakking via de winkel weer terug naar de producent en wordt het geschikt gemaakt voor hergebruik.”

Welke barrières moeten overwonnen worden, wil zo’n model hier aanslaan?
“Die uitdagingen liggen op allerlei vlakken. Zo zijn er gedragsbarrières; consumenten zullen echt moeten wennen aan het idee en aan de praktijk. Ook moeten er nieuwe businessmodellen ontwikkeld worden en komen er allerlei logistieke uitdagingen kijken bij zo’n systeem. Genoeg beren op de weg dus, maar er is geen andere keus. De toekomst ligt in hergebruik, daar zijn deskundigen het over eens. Daarmee zijn we overigens nog lang niet van plastic af. Want papier kun je niet wassen en glas en blik zijn wel herbruikbaar, maar hebben ook beperkingen. Plastic heeft een lange levensduur, is goed wasbaar en functioneel in gebruik. Voor herbruikbare verpakkingen kom je al snel bij plastic uit.”

Bron: Levensmiddelenkrant

section1_page10_article18_1.jpg