Ondernemers

Edwin ten Brink: ‘Jumbo bleek een veel betere match’

ALPHEN AAN DEN RIJN - Supermarktondernemer Edwin ten Brink stapte vijf jaar geleden over van C1000 naar de Jumboformule. Een belangrijke overweging hiervoor was innovatie, die zowel bij Jumbo als bij Ten Brink een verlengstuk van ondernemen vormt. Door in te spelen op de wensen van consumenten en continu te blijven vernieuwen, wil Ten Brink net een stapje verder gaan.

Amber Verhaar |

“Ik heb mijn hele leven gewerkt in de supermarkt en geen dag spijt gehad”, stelt Ten Brink. “Ik kocht in 1985 het bedrijf van mijn ouders, dat toen nog een Centra was.” Vervolgens ging hij over naar C1000, al bleek dat geen perfect huwelijk. “Wij hadden sneller dan C1000 door wat de klant écht wilde. We tekenden en bouwden buiten de organisatie om daarom in 2007 een nieuwe supermarktformule: Ten Brink Foodretail. We zorgden daarbij voor een eigen invulling van het assortiment. We boden bijvoorbeeld producten aan van lokale leveranciers en maakten een versmarkt. Dat is echt omarmd door de consument. De formule werd later ook door voormalig C1000-topman Tom Heidman gekopieerd en C1000 Rood genoemd.”

Match
Vijf jaar terug ging Ten Brink over naar de Jumbo-formule. Dat bleek een veel betere match. “Door de Jumbo-styling is de winkel echt vooruitgegaan”, denkt de ondernemer. Daarnaast spreekt de formule de ondernemer op een andere manier aan. “Jumbo heeft een innoverende geest. Wanneer je een idee goed onderbouwt, staan ze er eigenlijk altijd wel voor open. Dat werkt heel prettig.”

Verder ziet Ten Brink ook verandering in het contact met fabrikanten. “Waar er voorheen een driehoeksrelatie was tussen de fabrikant, formule en de retailer, is die relatie nu lineair. Het contact loopt tussen de fabriek en de formule en komt vaak daarna pas door naar ons.” Toch is de ondernemer er niet erg rouwig om. “Zoals het toen ging, was het prima. Maar het nam wel veel tijd in beslag en was erg intensief. Dit zorgt voor minder verstoring.” Zo kan de ondernemer zich nog beter richten op de relatie met de klant.

Foodcafé
Ten Brink betrekt bij het ondernemen ook graag zijn familie. “Mijn jongste dochter dacht bijvoorbeeld mee over de inrichting van ons foodcafé.” Bij de mini-La Place kunnen consumenten onder andere broodjes, verse pizza’s, smoothies en ijskoffie bestellen. De keuken staat vooraan in de supermarkt, waar consumenten meteen zien hoe chef Joop aan het werk is.

“Blijkbaar ziet het er goed uit. Voor de coronacrisis kwamen er op een goede ochtend zelfs 80 à 90 klanten voor het ontbijt. Ook voor de lunch een vrij plekje in het café vinden was vaak lastig”, zegt de ondernemer. Volgens hem maakt niet alleen het café de supermarkt bijzonder. “De bedrijfscultuur die wij binnen doorvoeren ziet een consument niet per se aan de buitenkant, maar wij willen klanten blijven verrassen. We gaan voor hen op zoek naar nieuwe dingen, maar blijven daarbij wel een echt familiebedrijf. Zelfs zo erg dat volwassenen die in onze supermarkt werken hun kinderen aandragen voor parttime baantjes. Of broers en zussen uit dezelfde familie die bij ons werken.”

Den Haag
Bij het vijfjarig jubileum heeft Ten Brink niet lang stilgestaan. Hij kijkt liever vooruit. “Natuurlijk hebben we taart gegeten en is het leuk om de foto’s terug te kijken. Maar over zeven jaar bestaat de supermarkt in Alphen zeventig jaar, dus dan pakken we echt groot uit.” Daarnaast heeft Ten Brink sinds een aantal jaar nog een vestiging in Den Haag. Dat bevalt goed, net als de cultuurtransitie naar Jumbo en smaakt naar meer. “Ons doel is dan ook om richting 2030 verder uit te breiden en vier winkels te hebben.” Ten Brink wil door blijven gaan. “Innoveren is leuk. Dat willen we blijven doen.”

Bron: Levensmiddelenkrant

Dit artikel verscheen eerder in de papieren editie van Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.

jumbo-ten-brink-eigen-foto-drie-generaties.png