Fabrikanten

Enrico: ‘Alles er op gericht de schappen te helpen vullen’

AMSTERDAM - Waar landen wereldwijd allerlei maatregelen nemen tegen verspreiding van COVID-19, lopen de export vanuit en import naar Nederland zo goed mogelijk door. Een overzicht van de status van een belangrijke tak van de foodsector.

Mathijs van Eeten |

Handelsbedrijf Enrico speelt een belangrijke rol in het schap met het leveren van mediterrane producten als sauzen, toast, pesto, zongedroogde tomaten en olijven. Enrico kreeg al vroeg te maken met de lockdown in Zuid-Europese landen, waar het bedrijf al jaren veel zaken doet. Commercieel directeur Peter Boer en project coördinator Sourcing Krista Magrijn vertellen hoe het bedrijf deze maanden draaiende blijft.

Magrijn: “We werken met name samen met familiebedrijven in het mediterrane gebied en houden heel nauw contact. Er is veel emotie en angst, maar ook een sterke wil om door te gaan. Ze willen deze crisis overleven en zetten door. Zo gaat de productie door, ondanks de situatie waar de mensen mee te maken hebben.”

Boer: “We videobellen heel veel, zowel met klanten als met collega’s. We doen aan alle kanten wat we kunnen en nemen daarvoor zelf ook de richtlijnen van het RIVM in acht. Het deel van de medewerkers dat niet weg kan blijven, is op kantoor aanwezig, maar wel in aparte ruimtes. Wat betreft de aanlevering hebben we zelf nog geen issues ondervonden. Toen de eerste signalen van coronaverspreiding naar Europa zich voordeden, hebben we uit voorzorg wel direct een hogere safety stock aangelegd.”

Magrijn: “De drukkerijen en verpakkingsbedrijven in het mediterrane gebied werken beperkter dan anders, maar daar kun je met creatieve oplossingen wel uitkomen. Hoewel de aanvoer ook redelijk probleemloos verloopt, is er wel een wat langere transporttijd door grenscontroles. Daar spelen we op in door grotere orders te doen, zodat we altijd genoeg voorraad blijven houden. Tevens grote klasse voor onze logistieke partners voor hun topdienstverlening in deze hectisch tijd.”

Boer: “Nu de vraag zo ontzettend is verhoogd, merken we dat het feit dat we zo hecht zijn als bedrijf, in tijden van crisis nog waardevoller is. Daar ben ik echt trots op. We zijn een relatief klein bedrijf met zo’n 25 medewerkers, maar iedereen doet alles om klanten en partners te ondersteunen. Het werk is niet te vergelijken met de dagelijkse gang van zaken. Alles is er nu op gericht de schappen vol te krijgen in de retail.

“Daarnaast ondersteunen wij onze klanten met de extra aanvoer van pasta en tomatenproducten. Zonder de hechtheid van ons team en de persoonlijke samenwerking met onze productiepartners zou dat niet lukken. Het is wel voor iedereen wennen om alleen te communiceren via videocontact, waar je normaal gesproken bij elkaar binnenloopt. Je maakt van alles mee tijdens deze videomeetings.

“Zit je bijvoorbeeld met het management en aandeelhouders in zo’n meeting, rolt er plotseling een speelgoedbrandweerauto door het beeld, omdat een van je collega’s thuis werkt en de kinderen geen school hebben. Daarnaast is er het besef dat de situatie heel veel partijen in de horeca raakt. Onze klanten daar hebben het zwaar, en dat voelen wij ook. Ik denk dat als dit achter de rug is, we heel dankbaar zullen zijn voor de kleine dingen die we altijd zo vanzelfsprekend vonden.”

Over het belang im- en export voor Nederlandse economie:
De voedings- en genotsmiddelenindustrie exporteerde met 34,5 miljard euro het meest van alle bedrijfstakken, blijkt uit de meest actuele cijfers, uit 2018, afkomstig van het CBS. Het overgrote deel hiervan bestaat uit consumptiegoederen, zoals bier, chocolade of bereide voedingsmiddelen. Toch bestaat ook nog een aanzienlijk deel van de export van deze industrie uit intermediaire producten, die in andere landen nog tot eindproducten worden verwerkt. Het grootste deel van de uitvoer van de Nederlandse agrofoodsector gaat naar België, Duitsland, Frankrijk en het Verenigd Koninkrijk, is te lezen in de Monitor Levensmiddelenindustrie 2019 van de FNLI. De uitvoerwaarde naar deze landen was 24,5 miljard euro in 2018.

Van de totale import van alle goederen (dus ook non-food), ter waarde van 442 miljard euro, werd 168 miljard door de groot- en detailhandel geïmporteerd en zo’n 100 miljard door de industrie, aldus cijfers van het CBS. In 2018 bedroeg voeding bijna een tiende van de totale import van goederen. In de import van minerale grondstoffen (18,1 procent) en machines en vervoermateriaal (31,3 procent) werd meer geïnvesteerd.

Bron: Levensmiddelenkrant

Dit artikel verscheen 7 april in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.

crackertjes-van-partnerfabrikant-enrico-door-enrico.jpeg