desert-4376898_1920.jpg

Onderzoek

ABN Amro: Klimaatverandering toenemend risico voedselproducenten

AMSTERDAM – Veranderingen in het klimaat maken de beschikbaarheid van grondstoffen minder zeker. Vooral voedingsproducenten die afhankelijk zijn van grondstoffen die uit een beperkt gebied komen of die niet makkelijk kunnen worden vervangen door iets anders, lopen grote risico’s. Mislukte oogsten, schommelingen in kwaliteit en hogere prijzen kunnen grote impact hebben op bedrijven.

Redactie |

ABN Amro heeft een analyse uitgevoerd die zicht moet geven welke producten en ingrediënten Nederlandse bedrijven kwetsbaar maken voor de gevolgen van klimaatverandering. Daarbij hebben Nadia Melkveld, Rob Morren en Julie Kiveron gebruik gemaakt van data van het Centraal Bureau voor de Statistiek en de klimaatkwetsbaarheid-index van het Notre Dame Global Adaptation Initiative.

Nederlandse handelaren en verwerkers kopen wereldwijd ongeveer 30 miljard euro aan producten en ingrediënten voor voedingsmiddelen in. Tussen de 30% en 40% komt van buiten de EU. Afrika en Zuid-Azië zijn het meest kwetsbaar voor klimaatverandering. Verwacht wordt dat ongeveer 40% van het land dat nu in Afrika wordt gebruikt voor het verbouwen van mais, door klimaatverandering niet langer geschikt zal zijn. De landen in deze regio’s zijn zelf ook kwetsbaar door de groeiende bevolking die gevoed moet worden, weinig landbouwtechnologie, slechte infrastructuur en energievoorziening.

Beperkt
Uit de analyse blijkt dat veel producten gevoelig zijn voor klimaatverandering. Daar bovenop komt dat voor een deel van de producten sprake is van een hoge handelsconcentratie. Dat wil zeggen dat deze producten worden geïmporteerd uit een beperkt aantal landen. Zo komt vanille voornamelijk uit Madagaskar, kokosolie uit Maleisië en cashewnoten uit Vietnam. Bij producten als bananen is de handelsconcentratie lager waardoor het risico lager is.

Producten die gevoelig zijn voor klimaatverandering zijn met name plantaardige oliën als palmolie, kokosolie en kool- en raapzaadolie. Deze ingrediënten zijn verwerkt in veel voedingsproducten en de eerste problemen dienden zich aan in 2021 door droogte in Canada en overstromingen in Indonesië. Een tekort aan raapzaad- en palmolie dreef de prijs van andere plantaardige oliën op, mede doordat fabrikanten over konden gaan op andere soorten olie. De oorlog in Oekraïne zorgde voor een tekort aan zonnebloemolie door de hoge handelsconcentratie. 

Gevoelig
Tevens zijn koffie en cacao gevoelig voor klimaatveranderingen. Deze producten komen uit een beperkt aantal landen en de omstandigheden waaronder deze gewassen groeien worden steeds uitdagender en beperkter. Daar komt bij dat Nederland van oudsher een belangrijke rol speelt in de overslag van koffie en cacao.

Ook in Europa speelt het klimaat een belangrijke rol. De risico’s zijn  wel minder omdat de landen meer geld en kennis hebben om de effecten van klimaatverandering deels te verzachten. Toch zijn ook hier producten die een hoge handelsconcentratie hebben. In 2017 zorgde hevige regenval in Spanje tot lege schappen voor spinazie en sla.

flood-123222_1920.jpg

Maatregelen
Volgends de analisten van de bank is het voor producenten belangrijk dat ze maatregelen treffen. Zo is het verstandig om een impactanalyse te maken ‘op de kwetsbaarheid voor klimaatverandering van de gebruikte ingrediënten en de mogelijke effecten op prijzen, kwaliteit en leveringszekerheid’. Inkopers kunnen op zoek gaan naar andere leveranciers uit andere gebieden. Dit is niet nieuw maar wordt wel belangrijker voor de continuïteit van de productie. Ook productontwikkelaars hebben een rol hierin door op zoek te gaan naar alternatieve ingrediënten en veranderingen in de receptuur. Inkopers moeten ook ver genoeg vooruit kunnen kijken om tijdig maatregelen te treffen als een oogst mislukt.

Langetermijnrelaties met leveranciers kunnen ook helpen. Zo kan er worden geïnvesteerd in klimaatbestendige productiemethodes. De analisten vragen ook om coulance als toeleveranciers door extreme weersomstandigheden hun leveringsverplichtingen niet kunnen nakomen. Verder moeten disrupties door klimaatverandering nauwkeuriger worden omschreven in leveringscontracten. ‘Tijdens de coronacrisis ontstonden er soms leveringsproblemen, wat leidde tot discussies tussen leveranciers en supermarkten over het begrip ‘overmacht’. Eenzelfde discussie zou moeten plaatvinden over klimaatverandering. Wanneer is sprake van overmacht als producten niet beschikbaar zijn en wanneer is sprake van het niet robuust genoeg inregelen van productieketens?’, schrijven ze in de analyse.

Aanpassingsvermogen
Voor productieafdelingen vraagt dit alles een groot aanpassingsvermogen. Zeker als er regelmatig met ingrediënten geschoven gaat worden door onzekerheid over de aanvoer. Ook zal het hele productieproces inclusief het transport moeten worden geoptimaliseerd om verspilling tot een minimum terug te dringen. Door de risico’s goed in beeld te hebben en alternatieven voorhanden te hebben, kunnen productiestops worden geminimaliseerd.

‘Voor alle beroepsgroepen geldt dat het verzamelen en interpreteren van betrouwbare data een competentie is die belangrijker wordt om risico’s te beheersen. Daarnaast is flexibel omgaan met de onzekerheid die klimaatverandering met zich meebrengt een steeds belangrijkere vaardigheid voor medewerkers in de levensmiddelenindustrie’, schrijven Menkveld, Morren en Kiveron.

Het hele rapport is hier te vinden.

Bron: Levensmiddelenkrant / ABN Amro