De supermarktbranche kraakt onder de druk van stijgende kosten en slinkende marges. De prijzen aan de kassa stijgen, maar de winstmarges blijven klemzitten tussen duurdere leveranciers, hogere loonkosten en een consument die geen cent te veel wil betalen.
Ondernemen in food was altijd een kwestie van dunne marges, maar het koord waarop we nu balanceren, wordt wel erg smal.
De energierekening ging omhoog, transport is duurder geworden en vooral ook personeel kost meer. En dat terwijl de klant bij elk dubbeltje denkt: “Is dit écht nodig?” Supermarkten vechten om centen en om vertrouwen. Want consumenten klagen over prijsstijgingen, maar verwachten nog steeds verse producten, frisse nieuwe winkels, duurzaamheid en een glimlach aan de kassa.
Dat maakt de rek in het systeem beperkt. Retailers drukken de inkoopprijzen, leveranciers proberen hun kosten door te berekenen en de boer of producent trekt vaak als eerste aan het kortste eind. Uiteindelijk schuift iedereen de rekening door, totdat die op het bord van de consument belandt. Alleen: die pikt het niet meer zomaar.
En dan komt de creatieve fase. Huismerken groeien hard. Niet alleen omdat ze goedkoper zijn, maar ook omdat supermarkten er meer grip op hebben. Een goed huismerk kan een redder zijn in tijden van margebeheer. Slim gepositioneerd, met een fatsoenlijke kwaliteit en een eigen verhaal, biedt het ruimte om winst te maken zonder de klant kwijt te raken.
Tegelijk zie je dat discounters oprukken. Lidl, Aldi en ook andere prijsvechters trekken klanten weg bij traditionele ketens. Want laten we eerlijk zijn: in tijden van inflatie wint de portemonnee het vaak van merkentrouw. Toch biedt dat ook kansen. Wie zijn klant écht begrijpt, kan nog steeds waarde toevoegen. Niet altijd in prijs, maar in gemak, beleving of service.
Automatisering helpt een handje. Zelfscankassa’s, digitale schaplabels en AI in de logistiek besparen op personeel en verhogen efficiëntie. Maar technologie lost niet alles op. Uiteindelijk draait retail nog steeds om mensen, gevoel en vertrouwen. De supermarkt is voor veel klanten een vast ritueel. Een plek waar de sfeer net zo belangrijk is als de prijs.
De kunst is dus om te balanceren. Kosten verlagen zonder kwaliteit te verliezen. Prijzen scherp houden zonder waarde af te breken. En dat alles in een markt waarin de marges nauwelijks ruimte laten om te manoeuvreren.
Misschien moeten we die druk op marges niet alleen zien als bedreiging. Het dwingt ondernemers om keuzes te maken, slimmer te werken en te investeren in wat wél rendeert. Wie blijft doen wat hij altijd deed, krijgt het moeilijk. Wie durft te vernieuwen, kan sterker uit deze periode komen.
Dus ja, de marge staat onder druk. Maar in elke crisis schuilt een kans. Wie weet wordt deze prijzenslag de start van een nieuwe generatie supermarkten: beter, slimmer, duurzamer en dichter bij de klant. Misschien niet met dikke winsten, maar wel met toekomst. En dat is, op de lange termijn, de enige marge die echt telt.
Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.