Milou Driesse nieuw2.jpg Milou Driesse is bedrijfsadviseur.

Column: Iedereen heeft recht op bio

Als je op Google opzoekt wat de definitie van biologisch voedsel is, krijg je dit antwoord: biologische voeding is voedsel dat wordt geproduceerd met methoden die voldoen aan de normen van de biologische landbouw, die een ‘ecologisch evenwicht’ en het behoud van biodiversiteit nastreeft.

Milou Driesse |

Biologische voeding wordt geproduceerd zonder het gebruik van kunstmest, chemische bestrijdingsmiddelen, genetische modificatie, groeihormonen of antibiotica. Biologisch gecertificeerde producten mogen geen kunstmatige toevoegingen bevatten. Ook wordt rekening gehouden met meer dierenwelzijn.

Voeding die niet door een overheidsinstantie is gecontroleerd én gecertificeerd, mag niet als biologisch verhandeld worden. Kern bij deze certificering is de traceerbaarheid van de totstandkoming van het voedsel, om zo zekerheid te verschaffen over het ontbreken van verboden middelen. Kort gezegd: van zaadje tot eindproduct bij de consument vindt controle plaats.

Zo, dat klinkt allemaal goed. Maar, waarom ziet de overheid er niet op toe dat wij allemaal standaard biologische voeding tot onze beschikking hebben? Heeft niet iedere Nederlander recht op het eten van veilig voedsel? Nu liggen de supermarkten en speciaalzaken vol met voornamelijk regulier assortiment. Slechts een relatief klein aandeel is biologisch.

Laat staan hoe gezond het geheel is. Het aandeel gezonde producten in een gemiddeld Nederlands supermarktaanbod ligt rond de 43%, wat betekent dat het grootste deel van het assortiment niet binnen de Schijf van Vijf valt. Onderzoek van de Questionmark Foundation toont aan dat 83% van de aanbiedingen in folders ongezond is. Dat is ook zeer zorgelijk, maar laat ik het voor deze column even op het biologische deel van het assortiment houden.

Elke Nederlander zou voedsel moeten kunnen eten dat ecologisch evenwicht nastreeft. Voeding die zonder resten van chemische bestrijdingsmiddelen gegeten kan worden. Best vreemd toch dat niet bij al onze producten traceerbaarheid van de totstandkoming van het voedsel en het ontbreken van verboden middelen vanzelfsprekend zijn.

Nu hoor ik je denken: biologisch eten is duur, dus als we daaraan beginnen, zijn producten bijna niet meer te betalen. Mijn economieleraar zei altijd: “Massa is kassa.” Oftewel: als je iets grootschalig kunt produceren, wordt het vanzelf goedkoper. En ja, misschien moeten we dus anders gaan kijken en omgaan met hoe onze voedingsindustrie is ingericht. Misschien moeten we de (EU-) subsidies anders gaan verdelen. Bijvoorbeeld subsidies die nu export stimuleren en ervoor zorgen dat producten van heel ver komen, terwijl we die ook heel goed in Nederland beschikbaar hebben.

Kortom, out of the box denken om ons voedsel op het niveau van biologisch te krijgen. Er komen steeds meer onderzoeken naar buiten waaruit blijkt dat het gebruik van bepaalde pesticiden – zoals glyfosaat, malathion, parathion, tetrachloorvinfos en diazinon – kankerverwekkend zijn. Een grootschalig Amerikaans onderzoek toonde verbanden aan van pesticiden met prostaat-, long-, alvleesklier- en darmkanker en met multipel myeloom en leukemie. De EU heeft een lijst met veelgebruikte en verboden pesticiden en staat op de tweede plaats qua aantal verboden pesticiden na Brazilië. Het gebruik van pesticiden in Europa vertegenwoordigt ongeveer 13% van het wereldwijde totaal. We doen het dus best goed, maar het kan zeker nog beter! Dus laten we voor nog veiliger voedsel gaan dat voor iedereen beschikbaar is. Niet alleen voor de welgestelden in dit land. 

Ieder mens op de wereld zou toegang moeten hebben tot veilig en gezond eten. Laten we daarmee in Nederland beginnen. Laat dát ons collectief voornemen voor 2026 zijn.

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.