ZEVENBERGEN - Na brood is bij Spar het vlees aan de beurt voor een kwaliteitsslag in vers. Daar blijft het volgens algemeen directeur Sjaak Kranendonk van Spar niet bij. Ook andere versgroepen worden aangepakt, aangezien alleen brood en zuivel nu een fair share boven de 100 noteren.
Ruim vier maanden is de leiding van Spar Holding nu in handen van Sjaak Kranendonk. De opvolger van Harrie ten Have heeft zich eerst de organisatie eigen gemaakt alvorens een koers uit te zetten voor de winkels van Spar en Attent. De eerste stappen zijn inmiddels gezet. Zo neemt Spar afscheid van de formats Spar Express en Spar &Joy. Ook kondigde het bedrijf aan vanaf week 26 afscheid te nemen van de vleesleveranciers Weidenaar, Geertsen, Van Pelt en ProMessa, om met alleen Vion verder te gaan. Daarnaast werd InterChicken geselecteerd als exclusieve kipleverancier en gaat Vion-dochter DistriFresh de distributie van vlees, kip en vis verzorgen.
Spar spreekt van een hernieuwde focus op de versgroepen. Waarom is dat nodig?
“De versgroepen zijn voor consumenten redenen om naar Spar te gaan. In brood hebben we een fair share van 143 en met zuivel zitten we ook boven de 100, maar in vlees en agf hebben we een fair share onder de 100. Daar valt dus nog wat te winnen. We hebben als Spar onvoldoende aandacht gehad voor die twee versgroepen, maar nu gaan we er nadrukkelijk een speerpunt van maken. In vlees en agf moeten we de vergelijking met elke andere winkel kunnen doorstaan. In vlees zullen we nooit de goedkoopste worden, maar wij moeten zorgen voor een goede prijs-kwaliteitverhouding. Het gemak van de Spar in de buurt maakt dan dat consumenten voor ons kiezen.”
Vanwaar de keuze om alleen met Vion als vleesleverancier verder te gaan?
“De slagen die we maken hebben betrekking op de hele keten. Dat gaat makkelijker met één leverancier dan met vier leveranciers. We gaan met één leverancier, Vion, intensief samenwerken om het omzetaandeel van vlees te vergroten. De doelstelling is om met vlees in 2010 op een fair share van 100 te zitten. Vion heeft een professionele buitendienst en gaat per winkel een analyse van het marktgebied en de klanten maken om daar vervolgens het aanbod op af te stemmen. Zo kun je halal vlees toevoegen aan een citywinkel en minder varkensvlees neerleggen. Ook in biologisch vlees moeten wij ons aandeel nemen. We hebben nu al wel biologisch vlees, maar het aanbod kan groter. Vion heeft ook op dit gebied een goede reputatie. Al met al is er sprake van een stuk professionalisering, wat ons helpt om het omzetaandeel te vergroten.”
De keuze voor één vleesleverancier gaat wel in tegen het voornemen om meer met lokale leveranciers samen te werken.
“Het lastige is dat je enerzijds flexibel wilt zijn vanwege de regionale binding, maar anderzijds vanwege de schaalgrootte zaken moet regelen voor het hele land. Met Top Bakkers kunnen we die combinatie maken door vanuit 62 verschillende locaties beleverd te worden. Met vlees kan dat niet. Als iets dergelijk mogelijk zou zijn met de Verening van Keurslagers, hadden we het zeker gedaan. Maar daar is het de organisatie niet naar. Overigens zijn we wel zo goed als rond met Weidenaar om de regionale vleesproducten in het noorden van Nederland te verzorgen.”
Welke plannen zijn er voor de andere versgroepen?
“In kip en vis doen we nog belachelijk weinig. Kip was een bijproduct, maar daarmee gaan we bewust aan de slag, met Interchicken als onze exclusieve kipleverancier. Ook voor vis gaan we de komende jaren de mogelijkheden bekijken. De intentie is om in agf de samenwerking met de leveranciers, Smeding, Harrie Goesten en Groentehof, te intensiveren. Zuivel is lastig. Hoe onderscheidend kun je zijn met melk? Ook hier gaan we per winkel goed naar kijken. In kaas en vleeswaren is eveneens nog heel veel te doen, maar we kunnen niet alles tegelijk. De kern is het hebben van een kwalitatief goed assortiment, met een aantal onderscheidende producten. Ook gaan we meer met acties doen, al moet je geen C1000-aanbiedingen verwachten. Denk bijvoorbeeld aan weekendaanbiedingen met het brood en meer impuls in de winkel. Het nieuwe promotiebeleid gaat na de zomer in.”
Wat verandert er logistiek met de keuze voor DistriFresh?
“DistriFresh doet alle distributie in vlees, kip en vis, maar kan ook andere producten distribueren. Zo kunnen we bijvoorbeeld in aanloop naar feestdagen assortiment toevoegen aan de logistieke stroom. Voorheen kon dat niet vanwege de temperatuur in onze vrachtwagens. Voortaan hebben we meer flexibiliteit en mogelijkheden om met vers aan de slag te gaan. In de zomer gaan we trouwens drie tests doen met geïntegreerd transport, dus kw en gekoelde producten. Eén test met twee lagen in de trailer, een test met compartimenten en een test waarin je alle producten koelt, dus ook de kw-producten.”
Hoe staat het met de ombouw van de Spar-winkels naar het Champions League-concept?
“We willen nog veertig tot vijftig Spar-winkels hiernaar ombouwen. Voor winkels met een lagere omzet, waardoor de investering voor Champions League niet mogelijk is, ontwikkelen we een zogenaamde opstapvariant. Het investeringsniveau wordt zodoende teruggedraaid, maar er is toch sprake van een duidelijke verbetering van het winkelbeeld. Opnieuw veertig tot vijftig winkels komen hiervoor in aanmerking. We hopen voor de zomer in drie winkels pilots met opstapvarianten te starten. Spar-ondernemers met minder dan 20.000 euro omzet moeten zich afvragen of ze deze investeringen wel moeten doen. Zij kunnen, uitzonderingen daargelaten, beter overgaan naar Attent. Dit geldt voor zo’n dertig tot veertig winkels. Dit jaar is de focus op Spar gericht, volgend jaar nemen we ook de Attent-formule onder de loep. Attent is een volwaardige formule, maar heeft meer beperkingen dan Spar gezien de omvang van de winkels. Maar alle trajecten in vers zoals eerder besproken gelden ook voor Attent.”
In hoeverre is verdergaande samenwerking met PLUS en Sligro mogelijk en wenselijk?
“We kunnen van elkaar leren en waar we elkaar kunnen helpen, zullen we dat niet nalaten. Zo maken we gebruik van het vestigingspuntenonderzoek van PLUS en hebben we bij Sligro gekeken naar de logistiek. Het versdistributiecentrum van PLUS in Barendrecht is een mooi voorbeeld voor een eventueel eigen versdistributiecentrum. Ook liggen er noodscenario’s klaar voor als een van de leveranciers wegvalt, bijvoorbeeld door een faillissement. Aan de inkoopzijde is er voldoende samenwerking via Superunie, beter kunnen we niet wensen. Een formule voor buurtwinkels heeft toch te maken met andere volumes, andere afspraken en is kortom een andere business. Niet voor niets hebben PLUS en Sligro hun buurtwinkels bij Spar ondergebracht. We houden onze eigen broek op.”
Spar heeft aangekondigd met modules te gaan werken in plaats van aparte formules als Spar Express en Spar &Joy. Kranendonk: “Spar is een buurtwinkel met daarnaast mogelijkerwijs een bijzondere functie, bijvoorbeeld omdat de winkel veel passanten trekt. Denk aan een supermarkt in de binnenstad, bij een station of in een ziekenhuis. Van Spar Express en Spar & Joy hebben wij geleerd hoe je een winkel kunt moderniseren. Maar de organisatie is te klein om meerdere formules in de lucht te houden. De kunst is: wat voeg je toe aan de winkels? De Express-locaties zijn in feite bijzondere buurtwinkels. De plussen ervan kun je doorvertalen in modules. Een pizzamodule in een citywinkel gaan we wel ergens uitproberen. En waarom zouden we niet een meter fietsbenodigdheden presenteren? Tijdelijke modules zijn mogelijk, evenals structurele modules in de winkel. Dat kunnen we in eigen beheer doen, maar het kan eveneens in samenwerking met leveranciers. Zo zijn er heel veel mogelijkheden, waarbij wij als dienstverlener richting de ondernemers optreden.”
Bron: