Fabrikanten

Tweede vleesloze week goed uit de startblokken

AMSTERDAM - De Nationale Week Zonder Vlees kan rekenen op de steun van een toenemend aantal A-merkproducenten, retailers en foodservicebedrijven. Terwijl zich vorig jaar 56 partners verbonden aan de eerste editie van de week, zijn dit er tijdens de komende uitgave van 11 tot en met 17 maart in totaal 68.

Bart Manders |

Dit vertelt Isabel Boerdam, initiatiefneemster van de Nationale Week Zonder Vlees, in een interview. Tegenover Levensmiddelenkrant doet Boerdam, bekend van het foodblog De Hippe Vegetariër en van het gelijknamige, in 2016 verschenen boek, uit de doeken hoe groot de animo is voor de tweede editie van de vleesloze week.

Hoe verlopen de voorbereidingen voor de tweede editie?
“Deze verlopen ontzettend goed. In de aanloop naar de eerste editie in maart 2018 is natuurlijk al veel tijd en energie gestoken in het vinden van de juiste partners om het initiatief te ondersteunen. Zij hebben de meerwaarde hiervan al ervaren en nemen daarom opnieuw deel. Vorig jaar waren er in totaal 56 partners, waaronder Albert Heijn en Jumbo, producenten als Hak, Bonduelle, Quorn en de cateraars Garden Gourmet en Sodexo. Dit jaar kan de week rekenen op de steun van 68 partijen. Een belangrijke partner die we erbij hebben gekregen, is Triodos Bank. Dit onderstreept dat de Nationale Week Zonder Vlees zich heeft ontwikkeld tot een breed gedragen maatschappelijk initiatief. Vanuit producentenzijde doet onder andere Van Geloven voor het eerst mee met hun vegetarische bitterbal. Plus, Lidl, Marqt en Odin hebben zich onlangs als nieuwste retailers aan het initiatief verbonden. Vrijwel alle supermarktketens zijn nu bij de week betrokken.”

Kun je de meerwaarde van de Nationale Week Zonder Vlees duiden ten opzichte van andere vega- en vegan-initiatieven?
“De Nationale Week Zonder Vlees is het enige initiatief dat de bewust minder vlees etende consument op een laagdrempelige manier verbindt met supermarkten, producenten, cateraars en restaurants. Door deze directe verbinding creëren we een breed maatschappelijk draagvlak en brengen we daadwerkelijk een gedragsverandering teweeg bij duizenden mensen. Het doel van de week is om Nederland op een concrete manier bewust te maken van de positieve impact van minder vlees eten en te laten zien hoe gemakkelijk dit eigenlijk kan zijn.”

Wat beschouw je als het grootste succes van de eerste editie?
“In september 2018 hebben we een enquête gehouden onder de 32.000 consumenten die zich hadden ingeschreven voor de eerste editie. Hieruit komt naar voren dat 47 procent van de vleesetende deelnemers een half jaar na het initiatief nog steeds structureel minder vlees consumeert. Ook onderstreept de enquête dat de week echt een landelijke dekking had. Zo waren qua deelnemers alle provincies vertegenwoordigd. De meeste deelnemers kwamen met respectievelijk 14, 13,5 en 12 procent uit Utrecht, Zuid-Holland en Noord-Holland. In Friesland, Groningen en Zeeland namen consumenten relatief het minst deel. De jongste deelnemer was 13 en de oudste 85 jaar. De helft van de deelnemers was tussen de 26 en 55 jaar. De doelstelling voor 2019 is in totaal 50.000 deelnemende consumenten, maar gezien het grote online inschrijvingen dat we al hebben ontvangen, zou het me niet verbazen als dit er zelfs 75.000 worden.”

Wat is de concrete positieve impact van een week zonder vlees?
“Elke dag vlees of vis eten is niet meer van deze tijd. Naar mijn overtuiging moet een flexitarisch eetpatroon de nieuwe standaard worden in Nederland. Als we dat voor elkaar krijgen, kunnen we wezenlijk bijdragen aan de klimaatdoelstellingen. Als één volwassene een week geen vlees eet, bespaart hij of zij 130 liter water, 75 km autorijden aan CO2-uitstoot en 770 gram dierenvlees. Dit laatste komt neer op een halve kip. Deze besparingen zijn berekend door het adviesbureau Blonk Consultants.”

Constateer je als initiatiefneemster een toenemende betrokkenheid van A-merkproducenten?
“Ik merk inderdaad dat de Nationale Week Zonder Vlees steeds breder en proactiever wordt gedragen door producenten. Als creatieve geest achter de week vind ik het belangrijk dat het een niet-commercieel initiatief is en blijft met een duidelijke focus op het doel en de boodschap. Daarom vind ik het mooi om te zien dat alle partners, waaronder dus fabrikanten, elk op hun eigen creatieve wijze invulling geven aan de campagne. Zij houden zich vanuit hun maatschappelijke betrokkenheid bewust bezig met de vegatrend en koppelen productintroducties aan de week om hiervoor landelijke aandacht te genereren. In samenspraak met retailers zetten zij hiervoor onder meer instore activaties op touw. Naast producenten komen ook andere partijen met bijzondere initiatieven. Zo brengt HelloFresh tijdens de komende editie een veggie maaltijdbox onder de aandacht van consumenten.”

Santa Maria: ‘Duurzaamheid is een belangrijk thema’
Paulig Foods is met het merk Santa Maria ook vanaf de eerste editie betrokken bij de Nationale Week Zonder Vlees. “Voor Paulig Foods en Santa Maria is duurzaamheid een belangrijk thema”, verduidelijkt Mireille Beij, marketingmanager Benelux van Paulig Foods. “We willen consumenten duidelijk maken dat zij zelf een positieve impact kunnen hebben op het milieu door regelmatig geen vlees te eten. Wij laten zien dat een vleesloze maaltijd ook erg lekker, gevarieerd en gemakkelijk kan zijn. Veel mensen denken daarbij niet automatisch aan de Tex Mex-keuken, terwijl deze dankzij haar veelzijdigheid hiervoor erg geschikt is.”Volgens Beij maakt de Nationale Week Zonder Vlees consumenten op een sympathieke en toegankelijke manier bewust van de positieve impact van minder vlees eten. “Door met de sponsoren samen op te trekken, kunnen we grote zichtbaarheid geven aan dit geweldige initiatief.”

Gedurende de week wil Paulig Foods consumenten inspireren met verrassende Tex Mex-vegarecepten. “Deze recepten plaatsen we niet alleen op onze website, maar ook op Facebook en Instagram. Verder zijn we in gesprek met een aantal supermarkten over de vraag of we tijdens de week receptenkaartjes aan het schap kunnen toevoegen of een kopstelling kunnen realiseren met alle ingrediënten voor een lekker vega Tex Mex-recept.” De tweede editie van de Nationale Week Zonder Vlees is voor Paulig Foods en haar merk Santa Maria succesvol als het ook dit jaar lukt om meer consumenten structureel minder vlees te laten eten, zo benadrukt Beij. “Ook hopen we natuurlijk dat er tijdens de week nieuwe vega Tex Mex-recepten worden uitgeprobeerd door consumenten.”

Hak: ‘Mooi haakje om extra bewustzijn te creëren’
Hak heeft zich voor het tweede jaar in successie als partner verbonden aan de Nationale Week Zonder Vlees. “Hak wil zoveel mogelijk consumenten helpen meer plantaardig te eten. Dit doen we door dit eten lekkerder en gemakkelijker voor hen te maken met bonen erbij”, verduidelijkt Nicole Freid, directeur marketing & innovatie van Hak. “Bonen zijn rijk aan plantaardige eiwitten en vormen daarom een prima alternatief als je minder of geen vlees eet. De Week zonder Vlees is een mooi haakje om extra bewustzijn en inspiratie te creëren voor consumenten om meer plantaardige producten te consumeren. Vanuit Hak kunnen we laten zien welke producten en lekkere gerechten met bonen er allemaal zijn als smakelijk alternatief.”

Vorig jaar zette Hak haar bologneseschotel met linzen in de schijnwerpers tijdens de week. “Deze schotel hebben we geprofileerd als zogeheten hero ”, zegt Freid. “Het is een bekend gerecht, maar dan met een twist: linzen in plaats van gehakt. Daardoor wordt het net wat toegankelijker voor een grote groep mensen om eens pasta bolognese zonder vlees op tafel te zetten. Naast de Week Zonder Vlees heeft Hak ook andere activiteiten ingezet om de bekendheid en de probeeraankopen van het product te vergroten. Deze activiteiten hebben uitstekend gewerkt, want het gaat heel goed met de verkoop hiervan. Overigens doen onze hele range bonen en bonenschotels in stazak het qua verkoop prima.” Dit jaar besteedt Hak gedurende de Week Zonder Vlees aandacht aan de bonen in stazak. “Dit doen we trouwens het hele jaar door”, benadrukt Freid. “Gedurende de week verzorgen we echter extra activiteiten op de winkelvloer.”

Bron: Levensmiddelenkrant

hak.jpg