Ondernemers

‘Duurzaam geeft extra touch aan 7 Zekerheden’

HEERHUGOWAARD – Monique Ravenstijn bestiert naast Jumbowinkels in Zwaagdijk en Heerhugowaard ook Stichting Jeelink. Door samenwerking tussen mensen wil ze de wereld beter maken. Zo begint het tegengaan van voedselverspilling wat Ravenstijn betreft al bij de consument aan de keukentafel. Eind januari organiseerde ze een antiverspillingsdiner in haar winkels voor meer bewustwoording.

Mathijs van Eeten |

Een emmertje compost. Iedereen die op 25 en 26 januari met een volle buik van tafel ging bij Jumbo Monique kreeg er een mee naar huis. De antiverspillingsdiners werden verzorgd door haar Stichting Jeelink, in samenwerking met Restaurant Stoer, een sociale onderneming waar mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt ervaring opdoen in de horeca. “Het was superleuk”, blikt Ravenstijn terug op de twee avonden.

Weken van tevoren zette Ravenstijn de uitnodigingen al uit in Heerhugowaard en Zwaagdijk, op Facebook en bij lokale media. Binnen een paar dagen was de gastenlijst met zo’n 25 gasten per locatie gevuld. Consumenten uit heel de regio kwamen, ook nieuwe gezichten. “Het was voor mij even afwachten hoe de sfeer zou zijn”, vertelt Ravenstijn. “Het waren twee clubs met mensen die elkaar niet kenden, maar het werd al snel erg gezellig.”

Missie
De gasten kwamen niet alleen om gezellig te eten. Ravenstijn zette de diners op in de geest van haar missie: de beste supermarkt neerzetten op een duurzame manier. Als dochter van supermarktondernemers groeide ze zo ongeveer op in de winkel, waarna ze het ouderlijk nest verliet en zelf ging ondernemen. Ze baatte twee jaar een Spar uit in Opperdoes, daarna runde ze tien jaar twee Super De Boer-vestigingen in De Koog en Den Burg op Texel. Een kleine acht jaar geleden kwam daar de Jumbo in Heerhugowaard bij. Het bleek het begin van een verhuizing. Nog vóór het nieuwe jaar begon verliet ze Texel en ging verder als ondernemer op het vasteland. Ruim een jaar geleden opende Ravenstijn de tweede Jumbo Monique in Zwaagdijk.

“Ik heb ontzettend hard gewerkt en dat heeft me veel gebracht, maar ook veel gekost”, vertelt ze. “Ik vond het geluk niet in het geld dat ik verdiende. Ik heb vijf jaar geleden mijn dromen op papier gezet. Zo ben ik erachter gekomen dat ik de wereld mooier wil achterlaten dan ik hem aantrof.”

Op het cv van Ravenstijn is dat terug te zien in de oprichting van Stichting Jeelink en het co-auteurschap van het boek ‘Hoe dan? Ontdek je innerlijke kracht’ in 2018. Ook de antiverspillingsdiners zijn voorbeelden van Ravenstijns missie in de praktijk, maar ze doet ook aan groen in het klein. De compost in het emmertje komt uit Ravenstijns eigen composteerapparaat. Gasten kregen die te zien voorafgaand aan de diners.

Levendige gesprekken
Zo’n diner bestond onder andere uit bubbels van geredde druiven en bruisend bronwater, een tomatensoepje met nietverspilde puntpaprika’s en een heerlijk stukje rundvlees dat vóór datumoverschrijding was ingevroren. “We kunnen als ondernemers veel doen om voedselverspilling tegen te gaan”, vertelt Ravenstijn. “Toch begint het bij de consument. Die kan bewuster boodschappen doen. Bij de antiverspillingsdiners kunnen de deelnemers beginnen met nadenken over hun eigen gedrag. Zo’n avond levert meteen levendige gesprekken op.”

Moraal van het verhaal: iedereen kan door bij zichzelf te beginnen het verschil maken en dat hoeft niet ingewikkeld te zijn. “Het gaat erom dat je slim omgaat met voedsel. Ik doe dat zelf ook en vertel daar dan over. Je kunt bijvoorbeeld thuis kliekjesavonden organiseren. Heb je te veel rijp fruit in huis? Vries het in en maak er later smoothies van.” In de winkel trekt Ravenstijn die lijn door. “Wanneer in een eierdoosje één ei kapot is, mag je hem niet meer verkopen. Dat is ontzettend zonde. Daarom geven we dat soort doosjes gratis weg. Goed voedsel hoeft niet naar de prullenbak en de consument is blij met een cadeautje. Het geeft een extra touch aan de 7 Zekerheden van Jumbo.”

Verandering
Ravenstijn vindt het belangrijk dat consumenten genoeg kennis vergaren over het voedsel dat ze hebben. “Mijn compagnon en ik zorgen ervoor dat ons personeel getraind is om voedselverspilling tegen te gaan in de winkels. Ze kunnen er vragen over beantwoorden van de klanten.”

Het groene ondernemen kost extra energie in het begin. “Het vergt verandering in je bedrijfsvoering”, aldus Ravenstijn. “Naarmate je er langer mee bezig bent, krijg je dat terug. Ik heb veel contacten opgedaan in de hospitality, zo is ook dit initiatief van de grond gekomen. Je doet wat voor de ander en de volgende keer helpt de ander jou. Het moet wel in je zitten, anders heeft het weinig zin en wordt het een soort symptoombestrijding. Ik raad anderen aan klein te beginnen. Het is een proces van doen en buiten de ‘gebaande retailpaden’ treden. Zo ontstaat sociale cohesie. En daaruit kunnen de mooiste samenwerkingen voortkomen.”

Bron: Levensmiddelenkrant

a2d16344-3532-468c-ad99-29cec1f0b19f.jpg
06e0743c-9e9c-4aff-933e-4486343a12b4.jpg