E-commerce

‘Picnic is over drie jaar winstgevend’

AMSTERDAM - De elektrische bezorgwagentjes van Picnic zijn in veel steden niet meer uit het straatbeeld weg te denken. De onlinesupermarkt heeft de afgelopen 3,5 jaar de retailbranche op zijn kop gezet en brengt inmiddels bij ruim driehonderdduizend Nederlandse huishoudens de boodschappen tot in de keuken. Door de sterke groei laat winstgevendheid nog op zich wachten, maar daar komt verandering in.

Lisa van der Linden |

Dat zegt Michiel Muller, medeoprichter van Picnic, in een uitgebreid interview met Levensmiddelenkrant. Hij geeft niet alleen tekst en uitleg over het verlies dat de online supermarkt lijdt, maar gaat ook in op de huidige ontwikkelingen en belangrijkste ambities van het bedrijf.

Picnic is 3,5 jaar geleden opgericht. Hoe gaat het anno 2019 met de formule?
“Het gaat nog steeds heel goed met Picnic. Er komen alsmaar meer steden bij waar we huishoudens van onze service kunnen voorzien. Inmiddels bezorgen we de boodschappen bij driehonderdduizend huishoudens en kunnen we in ongeveer een derde van Nederland bezorgen. In de steden waar we een jaar actief zijn, hebben we circa 80 procent van het marktaandeel van onlinebezorging in handen en dat is voor ons een teken van succes. Daarnaast zijn we ook volop bezig met het vergroten van onze capaciteit bij de oosterburen. Vorig jaar zijn we gestart in Duitsland en inmiddels rijden daar honderd bezorgwagentjes van Picnic rond in tien steden.”

Begin dit jaar zijn de jaarcijfers van 2017 naar buiten gekomen, waaruit blijkt dat Picnic een nettoverlies van 45,5 miljoen euro in de boeken heeft gezet. Hoe verklaart u deze rode cijfers?
“We investeren enorm veel, zodat we kunnen groeien in capaciteit en in de infrastructuur. Picnic heeft in Nederland zevenhonderd bezorgwagens, dertig hubs en vijf fulfilmentcentra. De kost gaat dus voor de baat uit en zonder deze investeringen was Picnic niet zo succesvol geweest als het nu is. De capaciteit moet blijven groeien om te kunnen inspelen op de vraag van de consument. De business is deze rode cijfers dus zeker waard.”

Hoe gaat Picnic die miljoenen euro’s terugverdienen?
“We zullen doorgaan met het uitbreiden van het bezorggebied en fors inzetten op groei. Het verlies van vandaag is de winst van morgen. In de begintijden van Picnic bleek het concept al gauw een succes, waardoor we de focus volledig hebben gelegd op groei. Dat resulteert nu in een goede naamsbekendheid en veel klanten. Een hub is na zes maanden winstgevend, want dan worden er voldoende orders verwerkt, zodat we de huur en werknemers kunnen betalen. Het is nu alleen nog wachten tot de hele business winstgevend is.”

Wat zijn de belangrijkste ambities voor de komende jaren?
“Naast verdere groei uiteraard ook winstgevend worden. We hebben het plan om de komende drie jaar nog vol gas te geven en te groeien in Nederland én Duitsland. Na die drie jaar verder investeren, zal Picnic winstgevend worden. De focus ligt voor dit jaar op groei in het oosten en noorden van Nederland, want daar kunnen consumenten helaas nog geen gebruik maken van onze service. Verder zijn we in veel andere gebieden van het land pas sinds kort actief en zijn er veel klanten die zullen gaan bestellen. De software die wij gebruiken om inzicht te krijgen in ons klantenbestand en waarmee we de ritjes plannen, blijven we ook keer op keer vernieuwen. Innoveren is noodzakelijk om mee te blijven groeien met de markt. Een van de andere pijlers voor komend jaar is veiligheid. In onze huidige driedaagse training voor onze bezorgers staat veilig rijden al hoog in het vaandel. Dit jaar komen wij in samenwerking met Veilig Verkeer Nederland met een extra programma voor bedrijven die met jonge mensen werken. Zij moeten allemaal veilig aan het verkeer deelnemen en daar gaan we samen een programma voor ontwikkelen. Ook in onze fulfilmentcentra is veel extra aandacht voor veiligheid.”

Picnic bezorgt de boodschappen gratis, terwijl veel andere formules hier bezorgkosten voor rekenen. Hoe krijgt u dit voor elkaar?
“Als supermarktformule of ondernemer is het lastig om bezorging van boodschappen onder de knie te krijgen, naast het runnen van een fysieke supermarkt. Dat laatste is bij ons niet het geval, aangezien Picnic zich alleen richt op online. We hebben geen winkels die we moeten onderhouden en waarvoor we hoge huren betalen. Dat maakt ons als bedrijf heel sterk en op die manier besparen we een hoop kosten. Het is ook een ingewikkelde business, want je hebt te maken met versproducten en houdbaarheidsdata. Bovendien hebben wij lang nagedacht over hoe we zo efficiënt mogelijk de boodschappen kunnen afleveren bij de klant. Traditionele spelers rijden de hele dag als een taxi door de stad, waardoor de bezorging veel tijd en geld kost. Picnic heeft eigen software ontwikkeld, waardoor we vijftien orders kunnen afleveren per bezorgronde. We creëren hele korte windows door de lokale hubs van waaruit de runners met hun bezorgwagentjes de wijken van de stad in trekken. Daarnaast hebben wij een laagste prijsgarantie, waarbij we de prijzen van Jumbo en Albert Heijn in de gaten houden. De laagste prijs hanteren wij en daarvoor kijken we naar de landelijke prijslijn van de formules. We willen dat de consument boodschappen kan doen zoals in de supermarkt en daar dezelfde prijs voor betaalt, alleen dan zonder de deur uit te hoeven.”

Duurzaamheid staat bij veel formules hoog in het vaandel. Welke stappen heeft Picnic de afgelopen jaren gezet op dit vlak?
“De bezorgwagentjes zijn allemaal 100 procent elektrisch, maar dat is algemeen bekend. De boodschappen worden bij de consument afgeleverd in plastic tasjes, wat nog weleens vragen oproept. Plastic heeft de laatste jaren een slechte naam gekregen, maar wij hebben gekozen voor bio-plastic en vragen de klant om deze tasjes bij een volgende levering weer terug te geven. Op deze manier kunnen we de tasjes recyclen. Een andere stap die we hebben gezet, is het verminderen van voedselverspilling. Dat doen we in samenwerking met onze leveranciers, die pas weten welke producten wij nodig hebben op het moment dat de klant de bestelling gedaan heeft. De bakker kan op deze manier precies het aantal broden bakken dat is besteld. Dat zijn allemaal stappen die Picnic duurzamer maken en er is nog veel te winnen. Bijvoorbeeld bij verpakkingen die nu nog volledig zijn gericht op de fysieke supermarkt.”

Heeft u contact met fabrikanten over het ontwikkelen van verpakkingen voor de onlinemarkt?
“Ja, we zijn in gesprek met een aantal producenten. In de supermarkt zijn verpakkingen vaak veel groter dan de inhoud, zodat het mooier in het schap past. Dat is voor ons niet interessant. Wij willen verpakkingen die bij ons proces passen, waar minder karton en plastic voor wordt gebruikt en die beter in het keukenkastje passen. Daarom sluiten we partnerships met fabrikanten. Heineken is daar een goed voorbeeld van. Zij hebben speciaal voor ons een kwartkrat bier ontwikkeld.”

Picnic is het afgelopen jaar negatief in de publiciteit gekomen omtrent onderbetaling van medewerkers en onveilige werksituaties. Hoe gaat u hier mee om?
“Het is een vervelende situatie, maar onze medewerkers staan achter ons. Hetgeen wat de FNV naar buiten heeft gebracht, mist elke nuance. De FNV is, ondanks onze uitnodiging daartoe, nog nooit in een fulfilmentcentrum geweest om te kijken hoe de werkomstandigheden werkelijk zijn. Ze hebben alleen bij de dichtstbijzijnde bushalte gestaan en medewerkers gevraagd om een petitie te tekenen voor hoger loon. Picnic is een jong bedrijf, waardoor we veel last hebben van framing. Misinformatie is voor ons funest. Medewerkers kunnen op diverse schermen in de hubs en fulfilmentcentra zien hoe de bezorgingen gaan en of alles op schema loopt. Je kunt dit ook opvatten als het opjagen van mensen, maar het tegendeel is echter waar. We betrekken medewerkers hierin, zodat ze kunnen meedenken. We staan heel erg open voor allerlei ideeën van collega’s die het werk vergemakkelijken. Een van onze medewerkers heeft bijvoorbeeld thuis een clip voor aan zijn broek gemaakt met een 3D-printer. Hieraan hangt hij alle plastic tasjes als hij de boodschappen inpakt. Dit vindt hij makkelijker dan een rail die aan de muur hangt waar hij ze vanaf moet trekken. Inmiddels zijn er meer medewerkers die gebruik maken van zo’n clip. Dit is het leuke van hoe wij werken.”

Welke stappen heeft Picnic genomen na deze negatieve berichtgeving?
“We zijn ons bewust van de groei die het bedrijf doormaakt en weten heus wel dat er nog dingen te verbeteren zijn. Wij zijn dan ook helemaal niet tegen het cao-landschap. Het probleem is dat er geen geschikte cao is die bij Picnic past. De supermarkt-cao is een halve eeuw geleden opgesteld en leidt tot vreemde effecten dat in het weekend alleen jongeren onder de 18 jaar in de supermarkt werken. Wij willen een moderne cao die aansluit bij de e-commercebranche. De berichtgevingen hebben ons wel op scherp gezet, vandaar dat we meer structuur hebben aangebracht in ons communicatiebeleid en het safetyplan hebben uitgebreid. Daarnaast zijn we actief in gesprek met sociale partners, zoals gemeenten, het ministerie en de bonden om uit te leggen wat Picnic doet en voeren we met velen een open dialoog over een geschikte en moderne cao.”

Bron: Levensmiddelenkrant

foto-picnic.jpg