Formules

Fabrikanten

Consument steeds positiever over zeewier

[SPECIAL: WEEK ZONDER VLEES & ZUIVEL] DEN HAAG - Terwijl oceanen en zeeën 72 procent van het aardoppervlak beslaan, komt ons voedsel vooral van het land. Met nóg meer monden om te voeden in de toekomst houden wetenschappers zich bezig met de vraag hoe we meer gebruik kunnen maken van voedselbronnen uit de zee. Hierbij is een hoofdrol weggelegd voor zeewier. Het telen van zeewier biedt vele voordelen, legt Sander van den Burg uit aan Levensmiddelenkrant . Hij is wetenschapper bij Wageningen Economic Research en doet onderzoek naar de mogelijkheden om op milieuvriendelijke en duurzame wijze gezond voedsel uit de zee te halen.

Renée Salome |

Internationaal spreekt men over blue food, in goed Nederlands: blauw eten. Geen smurfenijs, maar voedsel uit de zee is wellicht het antwoord op het voedselvraagstuk van de toekomst. In 2050 moeten er 9 à 10 miljard mensen gevoed worden, en die kunnen niet allemaal vlees en zuivel eten, zoveel is wel duidelijk. Hoewel Van den Burg zeker ook een rol weggelegd ziet voor visserij in het voedselsysteem van de toekomst, is er meer mogelijk dan dat. “Ook andere soorten uit de zee kunnen worden geproduceerd voor menselijke consumptie”, aldus de wetenschapper.

Voedselpiramide
Van den Burg houdt zich bezig met laagtrofische mariene organismen: de soorten die zich lager in de voedselpiramide bevinden. Concreter: macroalgen, dat zijn zeewieren en die zijn meercellig, en de eencellige micro-algen. Ook deze laatste worden gebruikt als voedsel voor mens en dier (en in de make-upindustrie). Voordelen van het eten van algen en wieren zijn er legio. “Het voordeel zit wat mij betreft voornamelijk in de manier van produceren. Er is zoveel zeeoppervlak dat niet wordt gebruikt. Zeewier heeft geen zoet water nodig, zoals landgewassen. Zeewier hoeft ook niet te worden bijgemest. En het telen van zeewier is goed te combineren met natuurherstel; het biedt een schuilplaats aan vissen en trekt ander leven aan in zee”, legt Van den Burg uit. Is het eten van zeewier dan ook voordelig voor de mens? Is het bijvoorbeeld gezond? Van den Burg: “Er zijn verschillende claims over de gezondheidseffecten van zeewier. Zo zou het een waardevolle toevoeging zijn bij een tekort aan jodium. Tegelijkertijd zijn er ook zorgen over contaminanten in zeewier, zoals zware metalen. Met andere woorden: het is ook oppassen met zeewier eten.”

Zeewierextracten
Of zeewier als alternatief voor vlees en zuivel zal worden ingezet is nog maar de vraag, want het eiwitgehalte van zeewier verschilt nogal per zeewiersoort, legt Van den Burg uit. “Ik zie eerder een rol in voedseltoepassingen. Zo zouden we zeewier kunnen toevoegen aan andere levensmiddelen. Er zijn al hamburgers met zeewier, dat overigens ook als smaakversterker kan worden ingezet. Dit heeft in elk geval een lagere milieu-impact dan veeteelt. Ook wordt er gekeken naar zoutvervangers uit zeewier. En stel dat we de eiwitten uit zeewier kunnen extraheren, zoals we al met sojabonen doen? Ook kunnen we zeewierextracten aan het voedsel voor koeien toevoegen, om de methaanuitstoot te verminderen. Zeewier remt namelijk het microbiologische proces in koeienmagen. Ook op deze manier helpt zeewier ons overspannen voedselsysteem”, zegt Van den Burg. Onderzoek hiernaar staat nog in de kinderschoenen, net als een andere toepassing van zeewier: het gebruik als biostimulant voor de groei van bepaalde gewassen, bijvoorbeeld in verzilte gebieden. Het zeeplantje is dus op vele manieren inzetbaar in de levensmiddelenindustrie.

Niet makkelijk
Op dit moment zijn er vijf telers van zeewier en ook vijf van micro-algen in Nederland, vertelt Van den Burg. De eencellige algen worden in plastic zakken of buizen geteeld en groeien op nutriënten uit rivieren of de diepzee. Zeewier wordt geteeld in de Oosterschelde of in de open zee. Er worden lijnen tussen palen gespannen waarover kleine zeewiertjes worden gelegd, die uitgroeien tot volwassen planten. Welke impact heeft de kweek op het leven in de zee en hoe kan worden voorkomen dat er dezelfde fouten worden gemaakt als op het land? Van den Burg: “Een paar jaar geleden dachten we nog dat we de zeewierteelt over duizenden kilometers konden laten uitstrekken. Daar zijn we inmiddels van teruggekomen. Er is nu veel meer besef dat er een grens zit aan hoeveel we kunnen produceren. Als we zoveel zeewier telen, gaat dat ten koste van ander leven in de zee, dat dezelfde voedselbronnen gebruikt. Voorlopig wijzen de cijfers echter uit dat er nog volop ruimte is voor groei.”
Het telen op zee heeft zijn uitdagingen, of zoals Van den Burg eufemistisch stelt: “De zee is niet de makkelijkste omgeving om te produceren.” Installaties moeten zeewaardig zijn en de mensen die oogsten veilig.
Daarbij komt: hoe verzeker je zo’n installatie? Hoe kun je onafhankelijke partijen laten checken of alles veilig gebeurt? “Dit is een jonge sector in Europa en er is nog geen regelgeving. Het is elke keer een puzzel om de certificering rond te krijgen, dat merken wij als onderzoekers ook”, aldus Van den Burg. Daarnaast is het vechten om ieder beetje zee, want ook de mosselkwekers en windmolenparken zoeken een geschikte plek die niet ver van de kust is, zodat er logistiek nog van alles mogelijk is.

Zeewierbier
Binnen Europa is Noorwegen de grootste producent van zeewier, met zo’n 40 producenten op circa 200 locaties.
Wereldwijd echter maakt de Europese productie maar een paar procent uit en zijn China en Indonesië koplopers. “In Azië worden enorm veel algen voor consumptie geteeld, maar nog veel meer voor de productie van verdikkingsmiddelen. E-nummers 400 t/m 407 worden allemaal uit zeewier gewonnen. Dus iedereen eet weleens zeewierextract”, concludeert Van den Burg droogjes. Toch is het grote publiek in Nederland nog niet om, hoewel de wetenschapper het aantal producten met zeewier dat in de supermarkten ligt absoluut heeft zien groeien in de afgelopen tien jaar. “Waar zeewier eerst uitsluitend in biologische winkels lag, vind je nu steeds meer producten in de reguliere supermarkt. De categorie zal zeker nog meer gaan groeien in de nabije toekomst”, zegt hij.

Van den Burg werkt samen met verschillende kleinere en grote partijen die producten met zeewier op de markt willen brengen en heeft dan ook de indruk dat levensmiddelenfabrikanten heel goed bijhouden wat er gebeurt op het gebied van zeewier. “Ik heb al zoveel producten voorbij zien komen. Zeewierbier, zeewierjenever, zeewierzout, zeewierburgers… Fabrikanten zijn creatief genoeg. Ook de houding van de consument ten aanzien van zeewier is in ontwikkeling. Vroeger vond men het maar een raar product, tegenwoordig is men veel positiever. Het zou goed zijn voor de sector als meer fabrikanten hierin zouden stappen. Het eten van zeewier draagt namelijk echt bij aan de gezondheid van onze planeet”, besluit Van den Burg.

Zeewier potentieel goede vleesvervanger
Zeewieren (rood-, groen- en bruinwieren) en micro-algen (Spirulina, Chlorella) zijn een goede bron van eiwitten en ijzer, laat Patricia Schutte van het Voedingscentrum desgevraagd weten. Daarnaast bevatten algen ook vitamine B1 en visvetzuren en zijn zeewieren een bron van jodium, calcium, fosfor, magnesium, natrium en kalium. Maar is het allemaal genoeg om vlees en zuivel te vervangen?

Eiwit
In (gedroogd) zeewier zit aardig wat eiwit. De hoeveelheid varieert wel per soort. Groene en rode zeewieren, zoals nori en dulse, bevatten over het algemeen meer eiwit dan de bruinwieren. Gedroogde nori telt bijvoorbeeld 31,5 g eiwit en een hamburger (onbereid) 16,8 g eiwit per 100 g. “Het is wel goed ons te realiseren dat dit voedingswaarden zijn per 100 g. Je moet dan wel vrij veel zeewier eten om een portie vlees te vervangen. Dat is in een Nederlands eetpatroon nog niet echt gebruikelijk”, concludeert Schutte.

Zeewier als vervanging
Zeewier heeft de potentie om een goede vleesvervanger te zijn, vindt Schutte. “Zeewieren bevatten net als vlees eiwit, ijzer en vitamine B1. En interessant is dat ze het milieu weinig belasten; ze hebben een zeer lage klimaatimpact, land- en watergebruik. Wel moet er goed worden gekeken naar de voedselveiligheid, hier lopen ook nog wel onderzoeken naar. Zeewieren kunnen soms (te) hoge gehaltes aan jodium en zware metalen bevatten. Dat geldt met name voor jodium in bruinwieren, zoals kelp.”

Meer onderzoek
Voordat zeewier echt een plekje op ons bord kan krijgen, is er ook nog wel meer onderzoek nodig naar de voedingswaarde en voedselveiligheid, aldus Schutte. Het maakt ook uit wat voor eindproducten ervan op de markt komen, wat het aandeel zeewier of micro-algen daarin is, wat de voedingswaarde van dat product wordt. Schutte: “In het huidige schap zien we bijvoorbeeld wel vleesvervangers met zeewier of micro-algen, maar vaak is dat maximaal 10 procent van het eindproduct. Het zijn dan eigenlijk vooral sojaburgers.”

Bron: Levensmiddelenkrant

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.

section1_page14_article19_1.jpg
section1_page14_article19_2.jpg