Morren.Rob.zd, Hannie Verhoeven Fotograaf-2.jpg Rob Morren is sector banker food bij ABN Amro. Foto: Hannie Verhoeven

Columns

Column Rob Morren: Milieudata drijven supermarkt en leverancier in elkaars armen

Leveranciers hebben een extra mogelijkheid om relevanter te worden voor supermarkten. De CO2-verlaging die ze in hun productieketen kunnen realiseren, heeft waarde. Een lagere voetafdruk helpt een supermarktconcern namelijk om de eigen milieudoelstellingen te behalen, aan wetgeving te voldoen en stakeholders tevreden te stellen. Het verzamelen en leveren van betrouwbare data over milieuprestaties door leveranciers van voedingsmiddelen neemt daarom snel in belang toe. Dit wordt in de beoordeling van leveranciers door supermarkten mogelijk net zo belangrijk als prijsstelling en hoe een product de loyaliteit van consumenten aan een supermarkt vergroot.

Rob Morren |

Diverse nieuwe wetten en toenemende maatschappelijke druk brengen de verduurzaming van ons voedselsysteem in een stroomversnelling. Zo verplicht de CSRD-wetgeving zowel voedingsmiddelenproducenten als supermarkten tot nog meer sturing op de verduurzaming van productieketens. De nieuwe EU-wet die ontbossing moet tegengaan, vraagt om gedetailleerde milieudata te verzamelen over de productie van voedsel. En het EU Ecolabel op verpakkingen laat aan de hand van verschillende kleuren consumenten in een oogopslag zien hoe duurzaam een voedingsmiddel is. Het Belgische Colruyt vraagt van leveranciers al volop om het Ecolabel op producten te plaatsen zonder dat reeds van enige wettelijke verplichting sprake is. Al deze ontwikkelingen vereisen tot op detailniveau inzicht in de ecologische voetafdruk van voedingsmiddelen; van vervoer, uitstoot van fabrieken en de verpakking tot en met het gebruik van bestrijdingsmiddelen bij boeren en grondstofproducenten over de gehele wereld.

Om aan al deze eisen te voldoen, moeten leveranciers dus goed inzicht hebben in de hele productieketen en in staat zijn om de juiste data te verzamelen. De ene leverancier is hier beter op toegerust dan de andere. Grote A-merken en grote producenten van verse groente, vlees en maaltijden hebben meestal al een strategische, langjarige relatie met supermarkten. Zo’n relatie bewaakt een constante aanvoer, constante kwaliteit en stimuleert gezamenlijk innovatie op bijvoorbeeld verduurzaming. Het zijn juist deze sterke relaties die een goede voedingsbodem vormen voor het consequent verzamelen van, analyseren van en acteren op milieudata.


Toch ontkomen alle leveranciers – klein en groot – er niet aan om hun samenwerking met supermarkten op het gebied van milieudata te intensiveren. Dit vraagt bij deze bedrijven om een heroverweging van interne functies en het verdelen van rollen en verantwoordelijkheden rond het verzamelen en vertalen van duurzaamheidsdata. Daarbij is het tevens van belang dat zij nauwer samenwerken met andere leveranciers en partijen die data verzamelen over productieketens. Het verkrijgen van betrouwbare data, bijvoorbeeld over ontbossing tot op perceelniveau van een Zuid-Amerikaanse boer, is complex en lastig. De nieuwe EU-wet tegen ontbossing legt echter wél de verplichting op om dit inzichtelijk te hebben.


Prijsonderhandelingen domineren momenteel de gesprekken tussen leveranciers en supermarkten, en de laatste jaren zijn kleinere en meer inwisselbare leveranciers door supermarkten vaker op afstand gezet. Bijvoorbeeld doordat ze hun producten via andere grotere leveranciers moeten aanleveren. Hierdoor verkleint de supermarkt de enorme complexiteit van haar toeleveringsketen, maar het betekent ook dat deze leveranciers minder hun eigen verhaal aan supermarkten kunnen vertellen. Leveranciers kunnen echter relevanter worden als ze over kennis van en unieke inzichten in milieuprestaties beschikken en kunnen aantonen hoe zij hiermee concreet bijdragen aan de duurzaamheidsdoelstellingen van supermarkten. Als dit zich ook vertaalt in een beter productverhaal voor consumenten, loont het nog meer.


Nu al vragen supermarkten bij sommige leveranciers om het aanleveren van ‘lijstjes’ met milieuprestaties en sociale omstandigheden in ketens. Sommige verzoeken zijn goed gestructureerd, andere vooral gebaseerd op simpele afvinklijstjes. De komende jaren gaat hier een professionaliseringslag en standaardisatie op plaatsvinden en krijgen leveranciers meer concrete verbeterdoelen opgelegd. Het is voor alle leveranciers een belangrijke ontwikkeling, waarmee ze relevanter kunnen worden voor supermarkten.

Het verzamelen van betrouwbare milieudata en verbeteringen daarop laten zien, heeft dus waarde. Maar kan je deze waarde ook kwantificeren? Ja. Wereldwijd hanteren landen nu al een belastingtarief per uitgestoten ton CO2 voor de grootste uitstoters en de grens wat ‘groot’ is, komt steeds lager te liggen. Daarnaast neemt ook de handel in uitstootrechten grotere vormen aan. Het reduceren van CO2-uitstoot krijgt dus wel degelijk een grotere monetaire betekenis in ons economisch systeem en dus in de handel tussen bedrijven. Leveranciers die dit snappen zijn optimaal voorbereid op de toekomst.

Dit artikel verscheen eerder in Levensmiddelenkrant. Abonneren? Klik hier.